1. West-Nijl

West-Nijl virus duikt op

West Nijl Vaccinatie MSD

Het West-Nijl Virus (WNV) is niet langer een verre dreiging: in het najaar van 2020 werden de eerste besmettingen bij vogels en mensen in Nederland vastgesteld. Het is een kwestie van tijd voordat ook het eerste paard in Nederland besmet raakt met het West-Nijl Virus. Aan u en ons de taak om paardeneigenaren te informeren en te overtuigen van het belang van preventie!

Bent u diereigenaar? Bezoek onze West-Nijl pagina. 

Achtergrond en verspreiding

Het West-Nijl Virus behoort tot het genus Flavivirus (familie Flaviviridae). Waar verschillende vogelsoorten het reservoir vormen van het West-Nijl Virus, fungeren muggen als vector. Zij kunnen het virus overdragen op zoogdieren. Vooral mensen en paarden zijn gevoelig voor het West-Nijl Virus. 

> Lees meer over de achtergrond en verspreiding WNV

Symptomen West-Nijl Virus

De incubatietijd bedraagt ongeveer 3 - 15 dagen. Afhankelijk van de virulentie van het virus en de afweer van het paard kunnen er verschillende ziektebeelden ontstaan. Het merendeel van de besmettingen verloopt (nagenoeg) symptoomloos. Bij paarden met het West-Nijl Virus kan er soms koorts, sloomheid, slechte eetlust of lichte koliek waargenomen worden.

1 op de 10 paarden vertoont snel verergerende spierfasciculaties (vooral rond de ogen en neus), ataxie, afwijkend gedrag of verlamming. Maar liefst 30 - 40 % van deze groep paarden haalt het niet. De paarden die het virus wel overleven, doen vaak maandenlang over het herstel met grote kans op blijvende verschijnselen (± 40 %). Juist nu in Nederland het virus ook steeds vaker wordt waargenomen, is preventie van groot belang!

  • Factsheet uitbraken West-Nijl Virus (pdf, 1232 kb)
    Om beveiligde documenten te kunnen bekijken dient u in te loggen. Inloggen

Vaccinatie biedt bescherming

1 op de 10 paarden die besmet raakt met het West-Nijl Virus, ontwikkelt neurologische symptomen. Nog eens 1 op de 10 paarden krijgt griepachtige verschijnselen of koliek. Vaccinatie helpt paarden te beschermen tegen het West-Nijl Virus. Start in het voorjaar met vaccineren, zodat de (basis)vaccinatie is afgerond voordat het muggenseizoen begint. Daarna is jaarlijks hervaccineren voldoende.

> Meer over vaccinatie

Overige preventieve maatregelen

Voorkom (stilstaand) regenwater in o.a. regentonnen, gieter en dakgoten.
Muggenlarven groeien namelijk in waterreservoirs. Adviseer paardeneigenaren om drinkbakken dagelijks te reinigen.

***

Bestrijd met repellents en vliegendekens om muggen te weren.
Tijdens de schemering zijn muggen actiever dus het opstallen van paarden in die periodes kan helpen. Adviseer waar mogelijk horren en ventilatoren in stallen.

***

Hanteer voor uzelf en uw klanten de 3D’s als ezelsbruggetje “Dress, DEET, Drain”:
hou de huid bedekt (zeker tijdens de schemering), gebruik anti-muggenmiddelen en voorkom stilstaand (regen)water. Ook mijden muggen bepaalde geuren zoals citronella, eucalyptus, lavendel, rozemarijn, basilicum en munt.

West Nijl Vaccinatie MSD

Diagnose West-Nijl Virus

De diagnose gebeurt meestal door het aantonen van antistoffen en het is daarbij van belang of u een test aanvraagt die enkel IgM (recente infectie) of ook IgG aantoont.

Paarden die in het verleden besmet zijn geweest met het West-Nijl Virus óf gevaccineerd zijn tegen het virus, blijven langdurig positief op IgG. Het is dus belangrijk om de vaccinatiestatus van het onderzochte paard te kennen.
Met name bij overleden paarden kan de diagnose ook bevestigd worden door PCR op hersenvocht. Door de korte viraemie is de sensitiviteit van een PCR in serum laag. 

Voor het West-Nijl Virus geldt een meldplicht.

NL-EQU-210100006